Voor Professionele golfers is een 60 graden Lob-wedge zoiets als een Scalpel voor een chirurg. Veel pro’s zoals Phil Mickelson hebben bijna hun hele reputatie aan te danken aan hun miraculeuze herstelslagen met deze wedge. Phil heeft zelfs een 64 graden wedge in de tas voor heel extreme situaties.
Voor gewone stervelingen zoals wij kan een wedge met veel loft ook een scalpel blijken te zijn maar dan wel een waar mee we ons zelf in de vingers snijden. Dankzij de kleine marge voor fouten en de swingsnelheid waar mee we ze gebruiken. Dat is ook de reden waarom we zoveel fabrikanten zien die proberen te innoveren in de wedge markt- kleine veranderingen kunnen een grote impact hebben voor gewone golfers.
Kun je wel omgaan met een Lob-wedge dan kan je dat veel slagen schelen over een bunker met de vlag er vlak achter of uit heel dik gras. Het lastigste van een schot met een Lob-wedge is de herhaalbaarheid, je voelt je een held op de ene hole en een kluns op de volgende…
Pro’s hebben het voordeel dat ze deze slagen oneindig vaak oefenen en ook nog op verschillende banen met varierende omstandigheden en grastypes. Meeste van ons hebben deze luxe niet en zonder voldoende oefentijd en begrip van de schotdynamiek gaat je succes graad rap omlaag.
Dat is waarom realistische verwachtingen, slimme keuzes en een kleine techniek verandering grote verschillen kunnen betekenen.
Het waarom?
Wedges met 64 en 60 graden zien er heel speelbaar uit, een groot slagvlak betekent veel ruimte om je bal te raken maar het effectieve oppervlak is een heel ander verhaal.
In vergelijk met een club met minder loft, de driver, is er effectief veel minder ruimte voor contact en energie overdracht op de bal. In feite is elke club met meer effectieve loft van 50 graden behalve in perfecte condities, moeilijk te controleren omdat de friktie tussen club en bal vermindert. Je hebt dan minder controle over lanceerhoek en spin wat beide op korte slagen onontbeerlijk is om de bal dichtbij de hole te stoppen.
De oplossing?
Gelukkig meer dan een en de minst spannende is: oefenen! Oefening geeft gevoel over wat je moet doen in je techniek en zorgt voor een database over hoe je met welke ligging om moet gaan op de baan.
De tweede oplossing
De leukste: een andere club… kom op wie wil er niet een andere wedge? Aangemeten op loft, lie bounce en grind is goed gereedschap het halve werk! Maar denk ook eens na over een andere club: een chipper. De Odyssey chipper is een mooi voorbeeld. Dat is niet de meest sexy oplossing maar als je echt spartelt met je korte spel misschien wel een makkelijke. Vooral als de tijd en zin om veel te oefenen ontbreekt. Of gewoon n andere club uit de tas een 9 ijzer of 8 ijzer voor een lager meer rollend schot.
Nog een oplossing
tja ….is een korte spel les. Je wilt je korte slagen lager leren slaan (Dynamic loft in de buurt van dan 50 graden) met meer spin. Realistischer verwachtingen de druk wat van de ketel bij slagen rond de green en leiden zo tot slimmere keuzes. In plaats van het “Helden” schot over de bunker uit een slechte ligging moet je misschien iets vaker mikken op het brede deel van de green, weg van de vlag geeft je een kans de putt te maken. Met een beetje geluk worden dan je scores ook beter.Doe dat een paar keer per ronde en je wedges worden weer echte “wapens” en niet wapens van zelfdestructie